Vandaag telefoon gekregen van Hilde, mijn uitgeefster bij uitgeverij Kramat. Het gebeurt niet zo vaak dat een uitgever zijn auteurs opbelt. Wanneer dit toch het geval is kan dit doorgaans maar twee dingen betekenen: de uitgever heeft zich van telefoonnummer vergist en was eigenlijk op zoek naar die bestsellerauteur om hem te feliciteren met die fantastische vijfde druk die er zit aan te komen. Ofwel heeft hij het juiste nummer gebeld en ben jij diegene die deze keer – tegen alle verwachtingen in – in de bloemetjes wordt gezet. Ze bleek zich niet van telefoonnummer te hebben vergist, dus hoopte ik stiekem op optie nummer twee. En – yesyesyes – ze meldde me dat er al vrij veel recensie-exemplaren de deur uit zijn gegaan. Wil dit zeggen dat het boek een goede verkoop tegemoet gaat? Bijlange niet! Zal het goed worden onthaald? Only God knows. Wil dit zeggen dat dit boek zal worden gelezen? Reken maar! En als schrijver is dat toch datgene waar het om draait, nee? Gelezen worden? Het zijn spannende tijden, nu ik weet dat mijn boek druppelsgewijs tot bij de lezers geraakt. Zaterdagochtend gaat de kop eraf met een eerste signeersessie in Standaard Boekhandel te Asse. Diezelfde avond hou ik mijn officiële boekpresentatie voor een zaal van zestig man. Ik heb me voorgenomen om ervan te genieten. Om te doen alsof dit mijn allerlaatste boek ooit is en dat ik maar beter het moment kan pakken nu het zich voordoet. Of ik er overmorgen nog hetzelfde over denk? Dat is een andere vraag. Maar goed… Wat is het ergste wat er kan gebeuren? Flauwvallen on stage? Geen probleem, er is een verpleegster in de zaal. Hartstilstand? Dat wordt een moeilijke… Misschien toch nog even snel mijn huisdokter uitnodigen dan?